Op 22 februari is de nieuwe wijkwethouder Jan van Beckhoven in Ugchelen op bezoek geweest.
Rond half drie was er een korte kennismaking in Ugchelens Belang en zijn we, vanwege het slechte weer, met de auto onze rit door Ugchelen begonnen.
Allereerst bezochten we het ziekenhuis met al zijn parkeerproblematiek. Het is vrijdag, dus de poliklinieken zijn voor de helft gesloten. Maar de indruk was dat de overlast wel degelijk overkwam. Zeker toen we uitlegden dat de parkeerplaats bij Randerode ook gebruikt werd. De artsen moeten hun auto’s veelal op losse plekken achter het ziekenhuis parkeren. De toekomst wordt er niet beter op, omdat een medisch centrum zal worden opgezet waarbij het ziekenhuis, Randerode, spatie en het revalidatiecentrum de Kastanjehof ondergebracht zullen worden. Naast de 300 parkeerplaatsen, die we nu al tekort komen zullen dat er nog veel en veel meer worden.
We laten vervolgens de oude vuilnisbelt zien, die achter het ziekenhuis en Randerode ligt. We schrikken wanneer we uit de auto stappen en zien dat er zwervers leven. We maken er een foto van. Zeil, schoenen, truien en van alles ligt er zo op deze afvalbult.
We lopen nog wat verder en intussen vertelt de wijkagent dat deze afvalplaats loopt tot onder het ziekenhuis. Echter drie weken geleden rook men in de school een bepaalde lucht. De school werd ontruimd en na onderzoek van Nuon bleek het niet om een gaslek te gaan. Het blijkt dat vrijkomende gassen van de vuilnisbelt onder de school omhoog komen. Hierdoor ontstaat stank en komt veel vocht de school in.
Vervolgens rijden we naar het ‘arsenicumveld’, gelegen aan hoek Winkewijertlaan en Laan van Westenenk. Verbazing alom dat er nog niets mee gedaan is.
Dan gaan we via de Bouwhofweg naar het centrum van Ugchelen. Daar stappen we uit en op vrijdagmiddag is alles goed te bekijken. Achter de Komart zien we veel zwerfvuil liggen. De drukte in het centrum, het parkeren, de problematische doorstroom van het verkeer, de nieuwbouw van de C1000 en tot slot even een kijkje in de bibliotheek.
Daarna gaan we naar de Veldekster. De Veldekster gaat weg en er komen huizen. De villa die er staat en de boerderij waar een horecavergunning op zit, liggen er goed bij. Huizen zullen er gebouwd gaan worden. De bedoeling is dat de villa blijft staan evenals de boerderij. Maar blijft de horeca vergunning erop?
We sluiten onze tocht af in de Hamermolen. Daar bespreken we de middag nog een keer onder het genot van een hapje en een drankje. Vervolgens komen er vragen aan de orde over hoe het verder zal gaan na de verkiezingen, de dualisering van het gemeentebestuur, het beheer van de gelden, de behoefte om een administratieve hulp te krijgen, het automatiseren, de plaats waar de wijkagent zou moeten zitten.
De heer Van Beckhoven legt het dualiseringsplan uit en spreekt zijn verbazing uit dat de bijbehorende automatisering nog moet starten. Want werken op de wijze waarbij gemeenteraadsleden daadwerkelijk terugkoppelen naar de dorps/wijkraden en bewoners kost mensen. Daarbij is automatisering een belangrijk communicatiemiddel. De wijkagent geeft aan dat zijn functionaliteit valt of staat bij het in de buurt werken van de wijk waar hij verantwoordelijk is. Het kan niet zo zijn dat zij worden ondergebracht op een fabrieksterrein en zo vreselijk moeilijk herkenbaar zijn voor de mensen die hen nodig hebben. Het belangrijkste is het contact met de bewoners. Direct aanspreekbaar kunnen zijn voor de bewoners. Laagdrempelig niet hoogdrempelig.
We kunnen stellen dat we een zeer waardevolle middag hebben gehad. We hopen het na de verkiezingen nogmaals te doen
Astrid van der Kleij
